Op de oudste kadastrale kaart van het huidige stadsdeel „Korte Akkers” (in de Broekpolder, toen nog gemeente Broek c.a.), daterende van omstreeks 1832 (het Kadaster werd ingesteld in 1828 en in gebruik genomen in 1832), staat met de naam Lazarus-sloot aangegeven het water dat van de Wachtelstraat, langs de Lazaruskade, tot het Mallegatswije liep.
Dit was de sloot die tot in de eerste decennia van de 20e eeuw in strenge winters door schaatsenrijders uit Rotterdam en ‘s-Gravenhage werd gebruikt om de schaatsijzers af- en aan te binden.
Het woord sloot is afgeleid van het werkwoord sluiten; een sloot is dus een water dat tot afsluiting van een stuk land dient.